Wie een woning verkoopt en binnen de vijf jaar overlijdt, moet er rekening mee houden dat de verkoopprijs nog een rol kan spelen bij de erfbelasting die de erfgenamen verschuldigd zijn.
De fiscus vertrekt namelijk van een “wettelijk vermoeden van eigendom”: roerende middelen die iemand in de drie (Brussel) of vijf jaar (Vlaanderen en Wallonië) vóór zijn overlijden ontving, worden geacht nog aanwezig te zijn bij het overlijden. Dat kan ertoe leiden dat de nalatenschap hoger wordt belast dan verwacht.
Voorbeeld: iemand verkoopt zijn appartement voor € 500.000 en overlijdt vier jaar later. Ook al staat er nog maar € 200.000 op de rekening, dan kan de fiscus de nalatenschap toch berekenen op € 500.000.
Gelukkig kan dit vermoeden weerlegd worden. Dat kan bijvoorbeeld door aan te tonen dat:
het geld nog steeds op de rekening van de overledene staat;
het bedrag opnieuw werd geïnvesteerd, bijvoorbeeld in een andere woning;
er een geregistreerde schenking gebeurde;
of dat het geld werd besteed aan levensonderhoud of zorgkosten.
Opgelet: cashafhalingen of niet-geregistreerde bankgiften zijn géén geldig bewijs. Om discussie te vermijden is het aangewezen om de verkoopprijs op een aparte rekening te plaatsen en transacties goed te documenteren.
Kortom: een verkoop kort voor een overlijden kan onverwachte fiscale gevolgen hebben. Vooraf advies vragen bij een notaris of fiscalist kan veel problemen voor de erfgenamen voorkomen.
Aarzel niet om ons te contacteren indien u hieromtrent nog vragen heeft.
De fiscus vertrekt namelijk van een “wettelijk vermoeden van eigendom”: roerende middelen die iemand in de drie (Brussel) of vijf jaar (Vlaanderen en Wallonië) vóór zijn overlijden ontving, worden geacht nog aanwezig te zijn bij het overlijden. Dat kan ertoe leiden dat de nalatenschap hoger wordt belast dan verwacht.
Voorbeeld: iemand verkoopt zijn appartement voor € 500.000 en overlijdt vier jaar later. Ook al staat er nog maar € 200.000 op de rekening, dan kan de fiscus de nalatenschap toch berekenen op € 500.000.
Gelukkig kan dit vermoeden weerlegd worden. Dat kan bijvoorbeeld door aan te tonen dat:
het geld nog steeds op de rekening van de overledene staat;
het bedrag opnieuw werd geïnvesteerd, bijvoorbeeld in een andere woning;
er een geregistreerde schenking gebeurde;
of dat het geld werd besteed aan levensonderhoud of zorgkosten.
Opgelet: cashafhalingen of niet-geregistreerde bankgiften zijn géén geldig bewijs. Om discussie te vermijden is het aangewezen om de verkoopprijs op een aparte rekening te plaatsen en transacties goed te documenteren.
Kortom: een verkoop kort voor een overlijden kan onverwachte fiscale gevolgen hebben. Vooraf advies vragen bij een notaris of fiscalist kan veel problemen voor de erfgenamen voorkomen.
Aarzel niet om ons te contacteren indien u hieromtrent nog vragen heeft.